H. Godehardus van Hildesheim (gedachtenis)

Feest van 5 Mei

960 Reichersdorf - 5 mei 1038 Moritzstift (bij Hildesheim).
Werd na zijn studie in Niederalteich hier in 990 monnik, prieste in 993 en abt 996. Hij was vanaf 1005 abt van Hersfeld en Tegernsee. Hij werkte mee aan het herstellen van de regels van St. Benedictus in deze kloosters. In 1022 werd hij bisschop van Hildesheim. Hij bevorderde kunst en religie in zijn bisdom, bouwde 30 kerken en herstelde de dom, waarin hij is bijgezet. Heiligverklaard in 1131 als eerste heilige van Beieren. Op de plaats van een aan hem gewijde kerk bouwden Franse cistercienzers eind 12e eeuw het klooster Szentgotthard. De Sankt-Gotthardpas en -tunnel zouden naar hem vernoemd zijn.

Patr. van Hildesheim en Sankt Gotthard; van metselaars, aangeroepen bij jicht; kinderziekten, reumatiek; tegen hagel en onweer; patroon van kerken en bedevaartsoorden in heel Europa.

Attr. als bisschop met een draak aan de voeten; model van een kerk in de hand; mijter, boek, staf, knielende man aan de voeten met winkelhaak, schietlood en hamer; doden opwekkend (zodat ze nog konden biechten); de duivel uitdrijvend; met kinderen; met gloeiende kolen in zijn pij.

Icon. vooral vereerd en afgebeeld in Hildesheim. Als bisschop in ornaat met boek en doorgaans met kerkmodel. Ook als geleerden-type, met mijter in schrijfkamer. Samen met Bernardus voor de Madonna. Op een scene zien we dat hij de in zonde gestorvenen tot leven wekt en hun absolutie verleent, waarna ze een buiging maken en weer inslapen.