+ ca 250 en 437 Efeze. Constantinus, Dionysius, Johannes, Malchus, Maximianus, Mortianus en Seraphinus verborgen zich in een grot om niet aan de afgoden te hoeven offeren. Malchus zorgde voor het eten. Decius liet in 250 de grot dichtmetselen. Ze ontwaakten na bijna 200 jaar, gezond en wel. Na van hun opstanding te hebben getuigd, sliepen ze voorgoed in. Hun verering dateert al vanaf eind 5e eeuw. Bij de grot in Efeze is een basiliek gebouwd. In Nederland kent men: 'als het regent op een heilige zevenslaper, regent het tot zeven dagen later'.

Patr. aangeroepen tegen slapeloosheid.

Attr. als jonge, baardeloze mannen, slapend of samenhurkend in een grot of hol, ieder met zijn eigen attribuut (bijl, knots, spijker, stok, toorts).