H. Margaretha van Antiochie (gedachtenis)

Feest van 20 Juli

+ ca 305 Antiochie. Ook Oosters-Orthodox.
Werd door haar voedster tot het christelijk geloof opgeveoed. Hierna wees ze als christin het huwelijk af met de heidense prefect Olybrius en werd gearresteerd. Om haar leven en lijden worden veel legenden verteld: over een draak die haar in de gevangenis verscheen, Margaretha kon hem verjagen middels een kruisteken. Ze onderging de folteringen heldhaftig. Een poging om haar in een schaal met water onder te dompelen en haar te verdrinken mislukte. Uiteindelijk stierf ze door onthoofding de marteldood in Antiochie onder Diocletianus. In de late middeleeuwen behoorde ze met Barbara, Catharina en Lucia tot de meest vereerde heiligen. Haar tot de verbeelding sprekende martelingen werkten zodanig op de vrome katholiek in dat de reserves die de officiele kerk hierbij uitsprak, geheel in het niet vielen. Zoals St. Medardus in Frankrijk en St. Swithin in Engeland is Margaretha van Antiochie een Regenheilige: "Regen op St. Margriet, geeft zes weken boerenverdriet". Oorsprong hiervan is een legende: Eens was Christus met de twaalf apostelen op reis en vroeg onderdak aan Margaretha, maar deze weigerde. Haar buurvrouw deed dat niet en werd beloond met een wonder: het eerste werk dat ze zou kunnen doen, zou ze 6 weken lang kunnen blijven doen. In de 6 weken erna verdiende ze veel geld met spinnen. Toen Margaretha hiervan hoorde, ontving ze het gezelschap alsnog en werd op dezelfde manier beloond. Ze zette zich voor haar spinnewiel en moest nog even een plasje doen, hierna is ze 6 weken blijven plassen. Is een van de drie heilige maaagden en was internationaal noodhelpster en lokaal noodhelpster. Op weg naar de bedevaart in Walsingham deden de pelgrims de St. Margaretha kerk in Lynn aan.

Patr. van Cremona, Montefiascone, Parijs, St-Margriete ( Houtem); van bakers, barende vrouwen, boeren, de boerenstand, kraamvrouwen, studenten, verpleegsters, vrouwen en zwangere vrouwen, aangeroepen bij barensweeën, bij de geboorte van een kind, bij zwangerschap, tegen gezichtsziekten, tegen krampen, tegen borstkwalen, gebrek aan voedingsmelk, tegen wonden, tegen wonden, ongelukken bij zwangerschap, voor vruchtbaarheid.

Attr. als jonge vrouw met een draak aan haar voeten (zij werd in de legendvorming geïdentificeerd met de door St. Gregorius de Grote van de draak bevrijde koningsdochter; draak of worm (duivel); kruisstaf; verzwolgen door het monster, terwijl alleen het einde van haar jurk nog zichtbaar is; tevoorschijnkomend uit de halfopen rug van de draak; kroon; palmtak; kruis; krans van parels; margrieten; toorts; met een gordel of ceintuur in de hand; met wijwaterskwast; in een kerker met een vluchtende duivel; soms als herderin; samen met St. Barbara en St. Catharina.

Icon. als jonge martelares met handkruis; kroon en soms met palm of boek. Later ook wel in voorname kleding. Vanaf de 12e eeuw tot aan barok zeer vaak afgebeeld. Het meest karakteristieke attribuut is de draak die zij met een punt van een kruis in de bek steekt of die zij aan de lijn houdt. Ze komt op voor de aanbidding van het Lam Gods van de gebroeders Van Eyk.
Scenes: Olybrius te paard ziet haar schapen hoeden, daar zij zijn liefd niet beantwoordt wordt zij voor Olybrius gevoerd, in gevangenis getroost door een duif, wordt opgehangen en met roedes geslagen, met haken verminkt. De volgende scene kent 2 versies; zij wordt verslonden door een draak en komt weer te voorschijn uit zijn buik terwijl  nog een stukje van haar jurk uit zijn bek steekt, of zij temt de draak door het tonen van het kruis waardoor de draak uiteenbarst, zij bedwingt de duivel, met fakkels gemarteld, in kokend water gegooid, Olybrius laat haar onthoofden maar de beulen vallen dood neer, engelen brengen haar de zegepalm of dragen haar ziel naar de hemel, postume genezingen van kreupelen bij haar graf.