H. WILLIBRORD, BISSCHOP, VERKONDIGER VAN ONS GELOOF, PATROON VAN DE NEDERLANDSE KERKPROVINCIE - Hoogfeest
Uit profeet Jesaja 52,7-10.
goed nieuws verkondigt, die heil komt melden, die zegt tot Sion: Uw God regeert! Hoort !
Uw torenwachters verheffen hun stem, zij jubelen tegelijk, want zij zien,
oog in oog de terugkeer van de Heer naar Sion. Barst los in jubel, allen samen,
puinen van Jeruzalem, want de Heer heeft zijn volk getroost; Hij heeft Jeruzalem verlost.
Breek uit in gejubel, ruïnes van Jeruzalem, want de Heer troost zijn volk, Hij koopt Jeruzalem vrij.
De Heer heeft zijn heilige arm ontbloot voor de ogen van alle volkeren;
en alle grenzen der aarde hebben het heil van onze God aanschouwd.
Psalmen 96(95),1-2.3.10ac.11-12.13.
zingt voor de Heer alle landen.
Zingt voor de Heer en verheerlijkt zijn naam,
verkondigt zijn heil iedere dag;
Meldt aan de naties zijn heerlijkheid,
zijn wonderdaden aan alle volken.
Beeft voor de Heer, alle mensen op aarde,
de volken bestuurt Hij met billikheid.
Dan straalt de hemel en jubelt de aarde,
de zee neuriet mee met al wat daar leeft;
De velden zwaaien met al hun gewassen,
de woudreuzen buigen hun kruin.
Zij juichen de Heer toe omdat Hij komt,
Hij komt als koning der aarde.
Rechtvaardig zal Hij de wereld regeren,
de volkeren eerlijk en trouw.
Uit de brief aan de Hebreeën 13,7-9.15-17.
Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!
Laat u niet van de weg brengen door veelsoortige en vreemde leringen. Want goed is het, het hart door de genade te sterken, maar niet door spijzen, welke van geen nut zijn voor hen, die zich daaraan hechten.
Laten we met Jezus’ tussenkomst een dankoffer brengen aan God: het huldebetoon van lippen die zijn naam prijzen, ononderbroken.
En houd de liefdadigheid en de onderlinge solidariteit in ere, want dat zijn offers waarin God behagen schept.
Gehoorzaam uw leiders en schik u naar hen, want zij waken over uw leven
en zullen daarvan ook rekenschap moeten afleggen. Zorg ervoor dat zij hun taak
met vreugde kunnen vervullen, zodat ze geen reden tot klagen hebben:
dat zou u zeker niet ten goede komen.
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus 16,15-20.
'Gaat uit over de hele wereld en verkondigt het evangelie aan heel de schepping.
Wie gelooft en gedoopt is, zal gered worden, maar wie niet gelooft zal veroordeeld worden.
En deze tekenen zullen de gelovigen vergezellen:
in mijn Naam zullen ze duivels uitdrijven, nieuwe talen spreken,
slangen opnemen; zelfs als ze dodelijk vergif drinken zal het hun geen kwaad doen;
en als ze aan zieken de handen opleggen, zullen deze genezen zijn.'
Nadat de Heer Jezus aldus tot hen gesproken had, werd Hij ten hemel opgenomen en zit aan de rechterhand van God.
Maar zij trokken uit om overal te prediken, en de Heer werkte met hen mee en schonk kracht aan hun woord door de tekenen die het vergezelden.
De gaven van God goed beheren
Vanuit deze gebieden [in India en Sri Lanka] kan ik u slechts dit schrijven: zo groot is de troost van God onze Heer, voor hen die naar de heidenen gaan om ze te bekeren tot het geloof in Christus, dat als er enige vreugde is in dit leven, het wel deze is. Vaak hoor ik tegen iemand die naar deze christenen gaat, zeggen: "Och Heer, geef me niet zoveel troost in dit leven! Maar aangezien u ze me geeft door uw oneindige goedheid en barmhartigheid, neem mij dan mee naar uw heilige heerlijkheid! Het is immers zo zwaar om te leven zonder U te zien, als U zich een keer op die wijze hebt getoond in uw schepsel!" Ach, als zij die het proberen te kennen door studie, zich toch evenveel moeite gaven om deze troost te vinden in het apostolaat, zoals zij zich dag en nacht geven op zoek naar kennis! Als een student de vreugde die hij zoekt in wat hij leert, toch zou zoeken door zijn naaste te laten voelen wat nodig is om God te kennen en te dienen, hoeveel te meer zou hij dan niet getroost zijn en beter zijn voorbereid om voor zichzelf verantwoording af te leggen als Christus terugkomt en aan hem zal vragen: "Geef Mij rekenschap van uw beheer"... Ik eindig met aan God onze Heer te vragen dat Hij ons in zijn heilige heerlijkheid verzamelt. En om voor onszelf deze weldaad te verkrijgen, laten we alle heilige zielen in de gebieden waar ik me bevind, als bemiddelaars en advocaten nemen... Aan alle heilige zielen vraag ik, gedurende de tijd van onze scheiding, om van God onze Heer voor ons de genade te verkrijgen om zijn heilige wil te voelen in het meest intieme van onze ziel en om het volmaakt uit te voeren.
H. Franciscus Xaverius (1506-1552)
missionaris en jezuïet