Donderdag na Aswoensdag
- HH. Faustinus en Jovita van Brescia (gedachtenis)
- H. Georgia van Clermont (gedachtenis)
Heiligen van de dag
Uit het boek Deuteronomium 30,15-20.
het leven en het geluk voor, maar ook de dood en het ongeluk.
Als gij luistert naar de geboden van de Heer uw God, die ik u heden geef, als gij de Heer uw God bemint,
zijn wegen gaat en zijn geboden, voorschriften en bepalingen nakomt, dan zult gij leven
en talrijk worden en zal de Heer uw God u zegenen in het land, dat ge in bezit gaat nemen.
Maar als uw hart afdwaalt, als ge niet luistert en u laat verleiden,
zodat gij u voor andere goden neerbuigt en die vereert,
dan kondig ik u heden aan, dat gij zult omkomen en dat ge niet lang zult leven op de grond,
die ge na de overtocht van de Jordaan in bezit gaat nemen.
Ik neem heden de hemel en de aarde tot getuigen tegen u. Leven en dood houd ik u voor,
zegen en vloek. Kies dan het leven, dan zult gij met uw nakomelingen het leven bezitten,
door de Heer uw God te beminnen, naar Hem te luisteren en aan Hem gehecht te blijven.
Want daarvan hangt het af, of gij zult leven en of gij lang zult wonen op de grond,
die de Heer aan uw vaderen, aan Abraham, Isaak en Jakob onder ede heeft toegezegd.'
Psalmen 1,1-2.3.4.6.
wat goddelozen hem raden;
die niet de wegen der zondaars gaat,
niet zit te midden der spotters.
maar die zijn geluk vindt in s'Heren wet,
haar dag en nacht overweegt.
Hij is als een boom, aan het water geplant,
die vruchten draagt op zijn tijd;
des zomers verdorren zijn bladeren niet,
maar al wat hij doet brengt hem voorspoed.
De goddelozen vergaat het zo niet:
de wind blaast hen weg als kaf.
De Heer immers let op de weg der gerechten,
de weg van de zondaars loopt dood.
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas 9,22-25.
Maar tot allen sprak Hij: 'Wie mijn volgeling wil zijn, moet Mij volgen door zichzelf te verloochenen en elke dag opnieuw zijn kruis op te nemen.
Want wie zijn leven wil redden, zal het verliezen. Maar wie zijn leven verliest om Mijnentwil, die zal het redden.
Wat voor nut het het voor een mens heel de wereld te winnen, als hij zichzelf hierdoor zijn ondergang en dood berokkent?
Hoe kostbaar is een ziel in Gods ogen!
Om de prijs van onze ziel te kennen, hoeven we alleen maar te bedenken wat Jezus Christus ervoor heeft gedaan. Wie van ons, mijn broeders en zusters, kan ooit begrijpen hoezeer de goede God onze ziel waardeert, omdat Hij alles heeft gedaan wat een God kan doen om een schepsel gelukkig te maken. Om het meer lief te hebben, wilde Hij het scheppen naar zijn eigen beeld en gelijkenis, zodat Hij door het te aanschouwen Zichzelf kon aanschouwen. Zo zien we dat Hij onze ziel de meest tedere namen geeft en de meest mogelijke om liefde te tonen tot het punt van overdaad. Hij noemt haar zijn kind, zijn zus, zijn geliefde, zijn vrouw, zijn enige, zijn duif. Maar dat is niet genoeg: liefde wordt nog duidelijker getoond door daden dan door woorden. Zie zijn verlangen om uit de hemel neer te dalen, om een lichaam als het onze aan te nemen; en onze natuur omhelzend, omhelsde Hij al onze zwakheden, zo niet de zonde: of liever wilde Hij de gerechtigheid op Zich nemen die zijn Vader van ons eiste. Zie zijn vernietiging in het mysterie van de Menswording. (...) Is dat, mijn broeders en zusters, een liefde die een God die liefde is waardig is? Toont dit, mijn broeders en zusters, ons de achting die Hij toekent aan een ziel? Is het genoeg om ons te laten begrijpen wat het waard is en hoe goed we ervoor moeten zorgen? Mijn broeders en zusters, als we het geluk hadden om één keer in ons leven de schoonheid en waarde van onze ziel te begrijpen, zouden we dan niet, net als Jezus Christus, bereid zijn om elk offer te brengen om haar te behouden? O, hoe mooi is een ziel, hoe kostbaar is ze in de ogen van God zelf! Hoe is het mogelijk dat we er zo weinig aan denken en haar harder behandelen dan de gemeenste dieren?
H. Jean-Marie Vianney (1786-1859)
priester, pastoor van Ars