Dagelijks Evangelie
"Heer, naar wie zouden we gaan? Gij hebt woorden van eeuwig leven."; Johannes 6,68
Dinsdag in week 34 door het jaar
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas 21,5-11.
'Wat ge daar ziet: er zal een tijd komen, dat er geen steen op de andere gelaten zal worden, alles zal verwoest worden.'
Ze vroegen Hem nu: 'Meester, wanneer zal dat dan plaats vinden? En wat zal het teken zijn dat dit gaat gebeuren?'
Maar Hij zei: 'Weest op uw hoede, dat gij niet in dwaling gebracht wordt. Want velen zullen optreden in mijn Naam en zeggen: Ik ben het, en: Het ogenblik is nabij. Loopt niet achter hen aan.
En wanneer gij hoort van oorlogen en onlusten, laat u dan niet uit het veld slaan. Dat alles moet wel eerst gebeuren, maar het einde volgt niet terstond.'
Toen sprak Hij tot hen: 'Er zal strijd zijn van volk tegen volk en van koninkrijk tegen koninkrijk;
er zullen hevige aardbevingen zijn, en hongersnood en pest, nu hier en dan daar, schrikwekkende dingen en aan de hemel geweldige tekenen.
"De rechtvaardigen zullen eeuwig herinnerd worden" (Ps 112,6 LXX)
“De herinnering aan je leven zal met as vergeleken worden”. (Jb 13,12 Vg) Al diegenen wier aardse denken model staat voor de eeuw proberen in elk van hun daden de herinnering aan hun persoon achter te laten in deze wereld. Of het nu gaat om oorlogstitels, de verheven muren van hun bouwwerken of welsprekende verhandelingen over de wetenschappen van de tijd, iedereen streeft er onvermoeibaar naar om een naam op te bouwen die zijn herinnering veilig zal stellen. Maar aangezien het leven zelf sneller naar zijn einde loopt, wat blijft er dan nog van over dat stabiel is, aangezien het ook snel wegvloeit in zijn beweeglijkheid? Want een ademtocht voert as weg, zoals de Schrift zegt: “Het is niet zo, nee, het is niet zo met de goddelozen, maar zij zijn als stof dat de wind wegblaast van het aanschijn der aarde”. (Ps 1,4 Vg) Daarom hebben we het recht om de herinnering van dwazen met as te vergelijken, want ze plaatsen zichzelf op een plek waar een zuchtje wind het wegblaast. Ja, hoe hard ze ook proberen om de glorie van hun naam compleet te maken, ze hebben hun nagedachtenis eigenlijk alleen maar tot as gemaakt, want de wind van een sterfelijke wereld blaast het al snel weg. Aan de andere kant zegt de Schrift over de rechtvaardigen: “De rechtvaardige zal in eeuwigheid herinnerd worden”. (Ps 112:6 Vg) Juist door het feit dat zijn daden alleen in de ogen van God gegrift zijn, bevestigt hij de naam die zijn herinnering in de eeuwigheid verzekert.
H. Gregorius de Grote (ca. 540-604)
paus en kerkleraar