Zaterdag in week 1 door het jaar
- Eerste dag van de week van de Eenheid voor de Christenen
- H. Margaretha van Hongarije (gedachtenis)
Heiligen van de dag
Uit de brief aan de Hebreeën 4,12-16.
Het is scherper dan een tweesnijdend zwaard:
het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken,
en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden.
Niets van wat geschapen is blijft voor hem verborgen, alles is onverhuld
en volkomen zichtbaar voor de ogen van hem aan wie wij rekenschap moeten afleggen.
Nu wij een hooggeplaatste hogepriester hebben die de hemel is doorgegaan,
Jezus, de Zoon van God, moeten we vasthouden aan het geloof dat we belijden.
Want de hogepriester die wij hebben is er een die met onze zwakheden kan meevoelen,
juist omdat Hij, net als wij, in elk opzicht op de proef is gesteld,
met dit verschil dat Hij niet vervallen is tot zonde.
Laten we dus zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige,
waar we telkens als we hulp nodig hebben barmhartigheid en genade vinden.
Psalmen 19(18),8.9.10.15.
levenskracht voor de mens.
De richtlijn van de Heer is betrouwbaar:
wijsheid voor de eenvoudige.
De bevelen van de Heer zijn eenduidig:
vreugde voor het hart.
Het gebod van de Heer is helder:
licht voor de ogen.
Het ontzag voor de Heer is zuiver,
houdt stand, voor altijd.
De voorschriften van de Heer zijn waarachtig,
rechtvaardig, geheel en al.
Laat al mijn spreken en denken
voor U aanvaardbaar zijn, Heer,
voor U, mijn rots en verlosser.
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus 2,13-17.
In het voorbijgaan zag Hij Levi, de zoon van Alfeüs, aan het tolhuis zitten en sprak tot hem: 'Volg Mij.' De man stond op en volgde Hem.
Terwijl Jezus eens in diens woning te gast was, lag met Hem en zijn leerlingen
ook een groot aantal tollenaars en zondaars aan, want er waren er velen die Hem volgden.
De farizeese schriftgeleerden die zagen dat Hij at met zondaars en tollenaars,
zeiden tot zijn leerlingen: 'Hoe kan Hij eten en drinken met tollenaars en zondaars?'
Jezus hoorde dit en antwoordde hun: 'Niet de gezonden hebben een dokter nodig,
maar de zieken. Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars.'
"De man stond op en volgde Hem"
Veel te laat heb ik Je lief gekregen, o Schoonheid, zo oud en toch zo nieuw. Veel te laat heb ik Je lief gekregen. Binnen in mij was Jij en ik was buiten, en daar zocht ik Jou. Lelijk als ik was, stortte ik mij op de mooie dingen die Jij gemaakt hebt. Jij was bij mij, maar ik was niet bij Jou. Die dingen hielden mij ver van Jou verwijderd. Toch zouden ze niet bestaan, als ze niet in Jou bestonden. Toen heb Jij geroepen en geschreeuwd en mijn doofheid doorbroken. Geschitterd en gestraald heb Jij en mijn blindheid verjaagd. Een heerlijke geur heb Jij verspreid en diep ademde ik die in. En nu snak ik naar Jou. Ik heb Jou geproefd en sindsdien honger en dorst ik naar Jou. Jij hebt mijn hart geraakt en het is ontvlamd in verlangen naar jouw vrede. Als ik geheel met Jou verenigd ben, zal er geen pijn en vermoeidheid meer in mij zijn. Mijn leven zal het ware leven zijn, vol van Jou. Dan vervul en verblijd Jij mij; nu ben ik nog niet vervuld van Jou, ik ben een last voor mezelf... Heer, ontferm Je over mij! Mijn slechte droefheid strijdt met de goede vreugde; zal ik overwinnen in deze strijd? Ontferm Je over mij, Heer! Ellendige die ik ben! Zie mijn wonden, ik verberg ze niet voor Jou. Jij bent de geneesheer, ik de zieke. Jij bent barmhartig, ik ben ellendig.
H. Augustinus (354-430)
bisschop van Hippo (Noord Afrika) en kerkleraar